Waarom bestaan er jongens en meisjes?

Jongens zien er net even wat anders uit dan meisjes, en gedragen zich vaak ook anders. Waarom worden sommige mensen een jongen en andere een meisje?

X en Y

Jij, ik, je broertje, je zusje, je vader, je moeder, je oma, je opa: iedereen heeft DNA. Dit is een soort code die door het hele lichaam zit. En deze code bevat informatie die nodig is om te bepalen of je bijvoorbeeld blond of bruin haar hebt, welke kleur ogen je hebt, en zelfs welke dingen je leuk vindt om te doen. De helft van dit DNA krijg je van je vader mee, de andere helft van je moeder.

Stukjes DNA heten met een lastig woord chromosomen. In totaal heb je 46 chromosomen. De helft van die chromosomen komt van je vader, de helft van je moeder.

Er zijn twee soorten chromosomen die bepalen of je een meisje of een jongetje wordt: de X en de Y. Van je moeder krijg je altijd een X-chromosoom. Je vader geeft je óf een X óf een Y. Krijg je van beide ouders een X, dan word je geboren als meisje. Bij een X van je moeder en een Y van je vader word je geboren als jongen.

En waarom is het nodig dat er zowel jongens als meisjes op de aarde rondlopen? Ze kunnen als ze later groot zijn samen kindjes maken. Hoe dat in zijn werk gaat, lees je hier. Als er geen mannen én vrouwen bestonden, was dat niet mogelijk en zouden de mensen uiteindelijk van de aarde verdwijnen.

Krokodil zonder vader

Niet alle diersoorten hebben trouwens een mannetje en vrouwtje nodig om kinderen te krijgen. Zo legde een krokodillenvrouwtje in Costa Rica – een land in Midden-Amerika – laatst een ei met daarin een mini-krokodil zonder dat ze een mannetje had gezien. Dit krokodillenkindje bestond bijna helemaal uit het DNA van de moeder.

Maar het is voor een dier (en een mens) eigenlijk beter om DNA van beide ouders mee te krijgen. Hierdoor zijn kinderen namelijk beter beschermd tegen ziektes en andere nare dingen.